Nederlands Hoofdstuk 1, opdracht 2

Kirsttteeeen, Kirsttteeeennn .. Wakker worden. Kirsten werd wakker van het geschreeuw aan de trap van haar zus. Ze kreunde, 'is het nu al half acht?' zei ze tegen haar zus die haar gezicht aan het wassen  was. 'Ja slaapkop, het is inmiddels al half acht geweest. Kirsten kwam treuzelend haar bed uit. Ze kleedde zich snel aan en rende naar beneden voor het ontbijt. 'Waar is het ontbijt?' vroeg Kirsten aan haar zus. 'Ja papa moest gister tot laat doorwerken, hij was moe en is net weer in slaap gevallen'.

Kirsten kon het wel uitgillen, waarom moet haar vader natuurlijk weer zo'n stomme baan hebben? Ik ga, riep Kirsten en voordat iemand antwoord kon geven was de deur dicht. 

Ze fietste snel naar school, ze kon Remy helaas niet ophalen, want die was ziek. Kirsten zat er erg tegen op zonder Remy en ook nog blokuur Frans van meneer Bruis. De dag was erg snel gegaan, de klas heeft wel heel veel huiswerk opgekregen van aardrijkskunde het meest. Ze waren het tweede uur al uit want meneer Hofman was ziek. Ze hadden nu lekker veel tijd voor hun huiswerk. Tringggggg trinnngggg de bel ging Kirsten was uit. Ze fietste snel naar huis, dan kan ze haar vader misschien nog even zien.